- Een belangrijk reclameman pleit voor minder reclame.
- Hij is een verstandig mens.
- En toch heeft het iets triests. Als een kind dat zijn speelgoed terug moet geven aan Sint. Als een patissier die je afraadt taartjes te eten.
- Te veel taartjes. Mijn oma zegt altijd: ‘Jongen, alles waar te voor staat, dat is niet goed voor je.’
- Wat weet jouw oma nou van reclame.
- Dat het te veel, te vaak, te vervelend, te stompzinnig, te lach-of-ik-schiet, te ongeloofwaardig is.
- Weet je Ad?
- Hmmm?
- Ik denk dat hier een mooie campagne in zit.
- Oké, aan de slag.
‘Minderen met reclame’, Ralph Wisbrun, Het Parool, 5 december 2009
Geen opmerkingen:
Een reactie posten